Aangifte vermogensbelasting in box 3: tips & stappenplan

Met het volgende stappenplan van Raisin doe je zonder problemen belastingaangifte in box 3. Klik op de verschillende infocards in het artikel om meer te weten te komen over een bepaald begrip. Als in het artikel twee bedragen staan (bv. € 57.000/€ 114.000), geldt het tweede bedrag voor fiscale partners.

Verzamel ten eerste informatie over de verschillende bezittingen die je hebt. Hieronder vind je een lijst van de meest voorkomende bezittingen die je mee moet nemen in je belastingopgave:

• Saldo op bankrekeningen (ook in het buitenland)
• Aandelen, obligaties, cryptovaluta enz. (behalve vrijgestelde groene beleggingen)
• Contant geld (vrijstelling in 2023: € 596/€ 1192)
• De WOZ-waarde van een woning waar je niet zelf in woont
• De waarde van overig onroerend goed
• Niet-vrijgestelde waarde van kapitaalverzekeringen

Let op: De peildatum vermogensbelasting van de Belastingdienst is, voor fiscaal jaar 2023, 1 januari 2023. Je moet bij banksaldo’s en de waarde van aandelen goed opletten dat je de waarde op 1 januari 2023 opgeeft! Ook als je een tweede huis hebt, is de peildatum van de WOZ-waarde voor de aangifte 1 januari, maar dan in het jaar voorafgaand aan het jaar waar je aangifte over doet, in dit geval dus 1 januari 2022. Ook bij een tweede huis in het buitenland, gebruik je de “waarde in het economisch verkeer in onbewoonde staat op 1 januari” van het jaar voorafgaand aan het aangiftejaar.

Is het bedrag van alle bezittingen niet hoger dan € 57.000/€ 114.000? Dan betaal je over 2023 geen vermogensrendementsheffing. Je valt in dit geval namelijk volledig onder het heffingsvrije vermogen en betaalt geen vermogensbelasting.

Heb je schulden? En komen al je schulden samen boven de schuldendrempel van € 3400/€ 6800? Dan kun je ze opgeven in box 3, om zo de grondslag sparen en beleggen en het gemiddelde rendement te verlagen. Hieronder zie je een voorbeeld van schulden die je op kunt geven:

• Negatief saldo op bankrekeningen – ook in het buitenland
• Hypotheekschulden – maar alleen als de hypotheek samenhangt met een woning die ook als bezitting (overig vermogen) in box 3 opgegeven (moet) worden
• Studieschuld – alleen als de studieschuld niet meer in een gift omgezet kan worden
• Schulden voor consumptiegoederen – alleen met een looptijd van langer dan één jaar

Vind in dit artikel een volledig overzicht van alle schulden in box 3.

Reken al je schulden samen en trek de schuldendrempel van dit bedrag af. Heb je bijvoorbeeld € 15.000 aan schulden? Dan kun je € 11.600/€ 8200 als schuld opgeven in Box 3.

Zorg ervoor dat je al je bezittingen en schulden goed naloopt. Heb je bijvoorbeeld een vakantiehuis in het buitenland? Dan moet je hiervan de vrije verkoopwaarde opgeven. En je kunt dan de (hypotheek)schuld opgeven bij je schulden.

Heb je een kapitaalverzekering of lijfrente? Dan is het een goed idee om na te vragen bij de verzekeraar of financiële instantie of je deze op moet geven. Of vraag het na bij je belastingadviseur. Hoe meer informatie en vragen je alvast zelf verzamelt, hoe gemakkelijker de aangifte wordt.

Niemand houdt van aangifte doen. Je kunt het een stuk makkelijker maken door nu alvast een spreadsheet bij te houden waarin je alle informatie voor 2024 invult, met de gegevens van 1 januari (de peildatum).

Het achteraf achterhalen van banksaldo’s, schulden enz. is een jaar later een stuk ingewikkelder. Hetzelfde kun je natuurlijk alvast voorbereiden voor 1 januari 2025.